Fotokwaliteit zegt iets over de kwaliteit van een foto. Er zijn een aantal factoren die hiervoor bepalend zijn. De Consumentbond onderscheidt hierin vier factoren:

  • De kwaliteit, grootte en resolutie van de beeldsensor. Een grotere beeldsensor levert over het algemeen mooiere foto’s op. Maar meer megapixels is zeker niet altijd beter. Het aantal megapixels van een camera staat voor het aantal lichtgevoelige elementjes op de beeldsensor. Elk elementje registreert hoeveel licht erop valt.
  • De kwaliteit van de cameralens: de getallen die op de camera staan, geven de lichtsterkte van de cameralens aan (bijvoorbeeld 1:1:8). Een lager getal betekent dat er meer licht door de lens bij de beeldsensor kan komen. Hoe lager de getallen, hoe beter.
  • De samenwerking tussen de cameralens en de body: dezelfde lens op een andere body kan ook tot andere beeldkwaliteit leiden.

  • De compressie: de manier waarop beeldgegevens in een fotobestand gecomprimeerd worden, verschilt per camera. Bij bewegende beelden is de compressie nog complexer. In beide gevallen is de invloed op de beeldkwaliteit groot.

Factoren voor fotokwaliteit van een pasfoto

In de pasfoto-eisen worden de volgende eisen aan de fotokwaliteit van de pasfoto gesteld:

  • Officiële pasfoto mét garantie.